suikerfeest

suikerkatDonderdagavond had ik een bijeenkomst bij de da met meerdere eigenaren van suikerkatten. De da gaf een uitgebreide presentatie met veel info over diabetes bij katten en wat er allemaal bij komt kijken. Het was erg bijzonder om met zoveel ‘lotgenoten’ bij elkaar te zitten en verhalen uit te wisselen.

Ik dacht zelf er niet zoveel meer van te leren, aangezien Bowser als 5 jaar diabeet is. Toch weer veel nuttige info opgedaan, vooral over Lantus, de nieuwe insuline waar hij op zit.

En een heel praktisch punt: de gebruikte insuline spuiten en de naaldjes waarmee je bloed prikt om te meten, mogen niet bij het gewone huisvuil. Eigenlijk heel logisch. Vanaf nu verzamel ik ze in een blikje en lever ze af bij de da als ik toch weer nieuwe insuline en voer ga halen.

hoofdpijn?

lang leve duct tape!Yoshi zat net schattig verstopt in een grote boodschappentas die op de grond lag. Op het moment dat ik de foto wil maken, springt hij eruit. Helaas, het mannetje wil nooit stil zitten om te poseren, terwijl dit echt een Foto Fuji Tip was.

Daarom maar een foto van het puzzelmoment van de week: een scheur in het raam aan de voorkant. Bij thuiskomst bleek er een enorme barst te zitten in het glas van een van de ramen.

Merkwaardig, hoogst merkwaardig.

De scheur zit aan de binnenkant van het dubbele glas. Het enige dat we konden bedenken was dat Yoshi of Bowser met een noodgang op de vensterbank was gesprongen en daarbij zijn bolletje had gestoten. Auw, dat moet een klap gegeven hebben & pijn hebben gedaan. Bij nadere inspectie hadden beide heren niets, het maakte de puzzel alleen maar groter.

Vandaag kwam de glazenmeneer langs om het raam op te meten en hij gaf de oplossing: het raam was gebarsten door de hitte. Ik had een stapel kussens in de vensterbank gelegd, tegen het glas aan. Blijkt nu dat dat niet slim is, omdat de warmte dan niet wegkan uit het glas met als gevolg dat het klapt.

Nooit geweten maar ik zal het nu niet meer vergeten, geintje kost zo’n 200 euri. Nu heb ik hoofdpijn.

kattenbelletje

de omgekeerde wereldIk kwam dit plaatje tegen en moest erg hard lachen. Tja, waarom schrijf ik af en toe wat over mijn katten, dacht ik toen? Eigenlijk omdat ik ze heel leuk vind, mijn poezels zijn natuurlijk de leukste van allemaal. Maar ook omdat ik inmiddels zoveel leuke links vind, kattenweetjes ken, en veel nuttige (en nutteloze) info bezit over de poezelige viervoeter. En die wil ik delen. Als je niets met katten hebt, lees dan vooral niet verder. Compleet zinloos voor je, je hebt er niets aan.

Als je wel wat met katten hebt, zat je waarschijnlijk ook te grinniken over het plaatje. Wij als personeel weten wie de dienst uitmaakt in huis!

de aanloop kat

de Kat Zonder Naam

Bij mijn schoonouders lopen steeds 2 katten aan voor aandacht, brokjes en melk. Beide hebben een eigen baasje en vrouwtje, maar de beestjes zelf vinden het veel leuker aan de overkant. Het zijn alletwee enorme knuffels en ook heel mooi. De namen zijn nog steeds onbekend, daarom noemen we ze maar Poes. Voor beiden, wel zo makkelijk.

De Kat Zonder Naam eet brokjes

Gisteren was Poes 1 (of 2, tis maar aan wie je het vraagt) van de partij, en maar knuffelen en brokjes eten. In huis slapen is ook een hobby en dan het liefst op de grote rieten stoel op zolder.

De Kat Zonder Naam slaapt

uit d’oude doosch

Hummeltje en ikVroeger als kind was ik meer op honden dan op katten. Mijn broers en ik kregen eindelijk na veel zeuren onze eerste hond: Hummeltje. Een klein zwart-wit-met-pluimstaart beestje, uit een nestje van 4. In januari 1978 (ik zei toch uit de oude doos) kwam Hummeltje bij ons wonen. Kan me van hem helaas niet veel herinneren, want hij is maar tot december van datzelfde jaar bij ons gebleven. Hummeltje was behoorlijk vals en kon onverwacht happen en zelfs doorbijten. Van Martin Gaus of puppy-training hadden we toen nog nooit gehoord en op advies van de dierenarts hebben mijn ouders ons kleine vriendje laten inslapen. Leed en verdriet natuurlijk.

Ik moest even diep graven in mijn fotodozen maar kwam nog wel schattige foto’s van hem tegen. Hummeltje in ze zee bij RenesseIn zijn veel te korte leven mocht hij overal mee naar toe, zo ook mee op vakantie naar Renesse. Hij stond de hele tijd in de zee en maar water drinken. Nadat hij er niet meer was, heb ik nog heel lang een speeltje van hem als knuffel gehad: een paar aan elkaar geknoopte sokken. Rook nog helemaal naar hem.

Ergens kort hierna, begin 1979 liep er ‘s avonds buiten bij een wandeling een klein kitten met mijn vader en mij mee. En maar miauwen en miauwen. Broodmager en verkleumd. Ik heb het beestje onder mijn jas gestopt en mee naar huis genomen. 

Entrez Noortje. Noortje was waarschijnlijk gedumpt en op zoek naar eten en warmte. Ze vond ons maar kon helaas niet bij ons blijven. Rechts van ons woonde een duivenmelker met prijsduiven, links een siervogel-houder. De katten die er wel eens rondliepen, waren nooit een lang leven beschoren… Noortje was ziekjes, diarree (de eerste nacht was de woonkamer flink ondergeflatst) en veel te dun maar mocht wel blijven. Met veel verwennen kwam ze er weer bovenop. Ondertussen werd er naarstig gezocht naar een nieuw thuis, want ze kon echt niet blijven vanwege bovengenoemde buurmannen. Die stonden bij wijze van spreken al klaar met het gif. Gelukkig vonden we een nieuw thuis voor haar bij een collega van mijn vader. Het laatste wat ik daarvan weet, is dat Noortje zwanger bleek en meteen in haar nieuwe huis een nestje ter wereld bracht.

Blacky kwispeltOndanks al het verdriet om Hummeltje wilden wij, kids, toch weer een hond. Op een dag in oktober 1979 kwam ik thuis en stond er opeens een zwarte hond rechtop met zijn poten op de vensterbank te blaffen.

Blacky!

Mijn ouders waren naar het asiel geweest en hadden Blacky meegenomen. Een bastaard hond van ongeveer een jaar oud. Een hond met een gebruiksaanwijzing, dat wel, maar voor ons o zo lief.

In het begin was het even wennen aan elkaar. Hij had duidelijk een verleden van zijn vorige eigenaars en was bijvoorbeeld bang voor mannen. Maar dan alleen mannen zonder baard, want mijn vader had een baard en dat was dan weer geen probleem. Het grootste feest was altijd als mijn moeder soep kookte, bouillon die moest trekken met draadjesvlees met een schenkel erin. De pan stond dan uuuuren te pruttelen en meneer zat dan te wachten. Hij wist gewoon dat als het vlees van de schenkel was gehaald hij het bot kreeg. Vaak was hij te ongeduldig en wilde hij niet wachten, ook al was het bot nog te heet. Op de een of andere manier wist hij dat dan en pakte hij het nog te hete bot voorzichtig tussen zijn tanden en verdween in de achtertuin. Daar lag hij dan nog heel lang te knagen en te smikkelen. Nog jaren na zijn hemelen (hij is gelukkig oud geworden), vonden we bij het omspitten van de tuin die schenkels!

Ik denk nog vaak aan Blacky, het was een heerlijke hond. Zijn etensbak gebruik ik nu nog als drinkbak voor de katten.

26 graden

wwaaaaaaaaaaaaaaaaarrrrrrmmmmOp kantoor was het niet te harden van de warmte. Een oud gebouw en geen airco, dan is het plakken op je stoel. Thuis was het niet veel beter: 26 graden zei de thermostaat. De katten lagen er alle twee languit bij, op apengapen.

Net als mensen kunnen ook dieren oververhit raken. Een hond kan niet transpireren en probeert zijn warmte kwijt te raken met hijgen en via zijn voetzolen.  Ook een kat gaat hijgen als hij oververhit raakt. Zijn lichaamstemperatuur loopt te hoog op, boven de 41 graden, waardoor je zo snel mogelijk moet zorgen dat die omlaag gaat.

De kat moet afgekoeld worden (in een badje met koud water of in kletsnatte handdoeken wikkelen) en neem daarna zijn temperatuur op. Bel altijd de da (=dierenarts) voor advies.

Ik zet op warme dagen altijd de badkamer deur open, met ook de douchedeur op een kier. Dat zijn de koelste plekjes van het huis. Als de temperatuur nog verder stijgt, zet ik ook een teil met water in de douche, soms met ijsblokjes. Dan blijft het wat langer koel. Gelukkig is nu het Grote Onweer losgebarsten (jahaaaa een Weer Alarm!) en koelt het weer lekker af. Op naar de volgende tropische dag.

adopteer een lieverd

zwarejongen.jpgDe zomervakantie komt er weer aan, met al het dierenleed van gedumpte katten en honden. Zoveel, op het oog normale mensen, vergeten opeens dat hun huisdier niet meegaat op vakantie. Ach, na de vakantie nemen we gewoon een nieuwe, en hopla, de pluizige vriend wordt uit huis gezet, uit de auto gegooid of aan een boom gebonden. Of nog erger, gewoon vermoord.

Veel dieren zwerven dan opeens op straat, helemaal de kluts kwijt omdat hun baasje of vrouwtje hen niet meer moest. Veel zwervertjes worden bijgevoerd door wel-diervriendelijke mensen, of vinden een nieuw huis via het asiel. Maar er zijn ook dieren die niet meer te plaatsen zijn en verkommeren in asiels, in tuinen of op straat.

Gelukkig is er Stichting Dierenthuis, die biedt dieren een nieuw huis. Hier wonen mensen met een gouden hart voor dieren. Als je de verhalen leest over al die lieve honden en katten, dan word ik weer blij. Alhoewel ik eerst heel verdrietig word van het lezen van al het leed wat de dieren is aangedaan….

Er is een speciale afdeling voor katten met het dodelijke katten aids en FeLV virus. Deze katten krijgen normaal een spuitje maar mogen hier gewoon wonen en genieten van het leven. Uiteraard kost de verzorging van al die dieren geld. Steun die lieverds en doneer 7 euro per maand of meer. Je kunt aangeven voor welk dier je doneert en je wordt op de hoogte gehouden via een digitale nieuwsbrief. Zelf koos ik voor Zware Jongen. Dit dier verdient liefde, zorg en aandacht. Zoals elk dier.